Binnen zijn aandachtsgebied bekkenbodemproblematiek zet Wout van der Meij zich samen met collega’s in om poepklachten bespreekbaar te maken en patiënten betere zorg op maat te bieden. Een belangrijk hulpmiddel daarbij is de ontwikkeling van een specifieke keuzehulp die patiënten ondersteunt bij het maken van weloverwogen behandelkeuzes, afgestemd op hun eigen situatie en behoeften.
Een vergeten patiëntengroep
‘Het gaat me aan het hart,’ zegt Wout over vrouwen die jarenlang kampen met bekkenbodemproblemen, zoals ontlastingsverlies, chronische obstipatie of een combinatie van beide. ‘Problemen met ontlasting komen vaak voor en worden vaak veroorzaakt door problemen met de bekkenbodem. Veel vrouwen lopen hier letterlijk decennialang mee rond. Soms durven ze het niet bespreekbaar te maken, waardoor velen pas hulp zoeken na jarenlang eenzaam tobben. Ze schamen zich, zijn bang voor een stoma of dat er toch niets aan te doen is. Of ze worden niet serieus genomen en krijgen niet de juiste behandeling aangeboden. Het verdriet hierover is groot.’
‘Verlies van controle over ontlasting betekent vaak ook verlies van controle over het leven. Stel je voor dat je al 10 jaar niet met je vriendinnen een dagje op pad kunt omdat je een deel van de dag aan huis gekluisterd bent om naar de wc te kunnen. Die impact is enorm.’
'Je praat over klachten die je sociale leven enorm kunnen beïnvloeden. Niet durven reizen, geen vertrouwen meer in je eigen lichaam. Dan helpt het enorm als je als patiënt grip ervaart op de keuzes die je maakt.'
Multidisciplinaire aanpak problemen met ontlasting
Gelukkig is aan problemen met ontlasting heel vaak wél iets te doen. En meestal zonder operatie. In Bernhoven is bekkenbodemzorg een multidisciplinaire aangelegenheid, waarbij chirurgen, gynaecologen, urologen, bekkenfysiotherapeuten, incontinentieverpleegkundigen, stomaverpleegkundigen en waar nodig zelfs psychologen samenwerken.
‘We kunnen dit niet alleen’, stelt Wout. ‘Bekkenbodemproblematiek raakt vaak meerdere organen, zoals de blaas, darmen en geslachtsorganen. De klachten hangen vaak ook met elkaar samen. Dan is het belangrijk dat zorgverleners naar het geheel kijken en de specialismen verbinden.’ Bernhoven werkt daarbij ook nauw samen met onder andere ziekenhuizen in de regio om patiënten de best mogelijke zorg te bieden.
Een keuzehulp helpt om thuis, op eigen tempo, alles op een rij te zetten
Juist vanwege het multidisciplinaire karakter, de vele behandelmogelijkheden en de grote impact op het dagelijks leven van vrouwen, verdient bekkenbodemproblematiek volgens Wout en zijn collega’s meer aandacht. Daarom benaderde hij PatiëntPlus om samen een keuzehulp voor patiënten met poepklachten te ontwikkelen. Volgens Wout een belangrijk instrument: ‘Veel patiënten krijgen in korte tijd ontzettend veel informatie, vaak in meerdere gesprekken. Door emoties en complexiteit blijft vaak niet alle informatie hangen. Een keuzehulp helpt om thuis, op eigen tempo, alles op een rij te zetten. Het geeft overzicht en inzicht: in de behandelopties, maar ook in wat iemand zelf belangrijk vindt.’
‘Juist bij bekkenbodemklachten is dit hard nodig’, benadrukt Wout. ‘Je praat over klachten die je sociale leven enorm kunnen beïnvloeden. Niet durven reizen, geen vertrouwen meer in je eigen lichaam. Dan helpt het enorm als je als patiënt grip ervaart op de keuzes die je maakt.’
Keuzehulp als aanvulling op arts-patiëntgesprek
Volgens Wout is de keuzehulp geen vervanging van het arts-patiëntgesprek, maar een aanvulling. ‘Bij relatief eenvoudige keuzes, zoals een liesbreuk of galblaasoperatie, merken we dat de keuzehulp helpt om beter geïnformeerd te beslissen. Soms bevestigt het de keuze voor een operatie, soms kiest een patiënt er bewust voor om nog te wachten. Allebei zijn goede uitkomsten, omdat de patiënt een weloverwogen besluit neemt.’ Hij verwacht dat een keuzehulp ook waardevol kan zijn bij complexere situaties zoals bekkenbodemklachten.
We opereren minder, maar áls we opereren, dan weten we zeker dat het nodig is
Bernhoven staat bekend om haar inzet op passende zorg. Zorg die écht aansluit bij wat de patiënt nodig heeft. ‘We kijken naar wat medisch inhoudelijk én voor de patiënt het beste is’, vertelt Wout. ‘Soms is dat een operatie, vaak ook niet. Dan kiezen we, samen met de patiënt, voor een conservatieve behandeling of actief afwachten.’ Volgens hem leidt passende zorg vaak tot bewuster gekozen behandeltrajecten. ‘We opereren minder, maar áls we opereren, dan weten we zeker dat het nodig is en dat de patiënt daar volledig achter staat.’
Niet één standaarddocument met álle informatie, maar modulair en persoonlijk
De nieuwe keuzehulp is nog in ontwikkeling. Het doel is een modulair systeem, waarmee behandelaren kunnen selecteren welke opties voor die specifieke patiënt op dat moment relevant zijn. ‘Niet één standaarddocument met álle informatie, maar toegespitst op de situatie en symptomen van die ene patiënt. Zo krijgt iemand grip in plaats van een overweldigende hoeveelheid informatie.’
Voor de ontwikkeling van de nieuwe keuzehulp werkt Bernhoven samen met andere ziekenhuizen en zorgprofessionals. ‘Ik heb onze incontinentieverpleegkundigen en 3 andere chirurgen in het land enthousiast gekregen om mee te denken. Zo zorgen we dat het landelijk bruikbaar wordt. En patiënten gaan ook testen. Dat moet, anders maak je iets wat niet aansluit.”
'Zelf bewust kiezen is essentieel bij klachten die zo’n impact hebben op kwaliteit van leven'
Wat Wout het belangrijkst vindt? Dat patiënten meer eigenaarschap krijgen. ‘Deze mensen verkeren vaak in een kwetsbare situatie. Een goede keuzehulp geeft ze weer regie, en dus een beter gevoel. Dat ze niet alleen afhankelijk zijn van wat de dokter zegt, maar zelf bewust kiezen. Dat is essentieel bij klachten die zo’n impact hebben op kwaliteit van leven.’ Daarmee draagt de keuzehulp ook bij aan het doorbreken van het taboe. ‘Zodra je dingen beter kunt benoemen en begrijpen, wordt het makkelijker erover te praten. En als je merkt dat je serieus genomen wordt, dat er opties zijn, dan verdwijnt ook de schaamte een beetje. En dat is pure winst.’
Voor ziekenhuizen die nog twijfelen of ze met keuzehulpen aan de slag moeten, heeft Wout een kort en krachtig advies: ‘Doen. Het helpt ons om onze patiënten beter te helpen. En dat is waar het uiteindelijk om draait.’
Ook een keuzehulp ontwikkelen voor jouw vakgroep? Boek een demo en ontdek de mogelijkheden!